De leerlijn judo sportouders uit het MJOP

Door de ogen van sportpsycholoog Ivo Spanjersberg

Het meerjarenopleidingsplan (MJOP) van Judo Bond Nederland geeft inzicht in de weg die de beginnende judoka aflegt richting het wereldpodium. Het plan biedt een raamwerk met daarin de juiste balans van technische, tactische, fysieke en mentale handvatten om de judoka op te leiden. Daarin spelen ook de ouders van de judoka ook een zeer belangrijke rol. Om die reden worden de ouders van de judoka’s tussen 14 en 18 jaar die op Papendal trainen uitgenodigd voor een drietal workshops. Sportpsycholoog Ivo Spanjersberg ligt de leerlijn judo sportouders verder toe. Ivo Spanjersberg is altijd al een sportfanaat geweest als hij zich ruim 20 jaar geleden ontwikkelt tot sportpsycholoog. In de tijd die volgt is hij onder meer werkzaam voor de schaatsbond en tennisbond. Bij de laatstgenoemde bond schrijft hij in het kader van thematieken die op het bordje van de ouders liggen, het boek: “Slagen, tips voor tennisouders”. Daarnaast doet hij ervaring op met Olympische sporters en komt hij uiteindelijk bij TeamNL terecht. Samen met collega’s begeleidt hij hier sporters en coaches bij hun mentale ontwikkeling, tegenwoordig prestatiegedrag genoemd.

“Wij zijn nu samen met de JBN een traject aan het organiseren in de vorm van workshops waarin we samen met ouders thema’s bespreken die je op je bordje krijgt als je kind geselecteerd wordt. Concrete handvatten hoe je daar als ouder mee om kan gaan.” Begint Ivo over de leerlijn judo sportouders. “Tijdens de workshops worden een drietal thema’s besproken: Rollen en verantwoordelijkheden, waar ben je als ouder verantwoordelijk voor en waarvoor niet; Hoe kan je als ouder bijdragen aan een optimale zelfstandigheid voor je kind. En hoe ga je om met emoties van het sportende kind.” Dat dit niet altijd makkelijk is beseft Ivo zich ook al te goed. “Zeker als jezelf fanatiek bent en het leuk vindt dat je kind aan sport doet. Dan heb je de kans dat je soms onbedoeld de ontwikkeling van je kind in de weg zit i.p.v. op een goede manier stimuleert.”

“We willen ouders daarin ondersteunen en tips geven hoe ze dit handig kunnen doen.” Gaat Ivo verder. “Er wordt veel van ouders gevraagd. Het wordt vaak ook maar verwacht dat ze alles organiseren en de kinderen komen halen en brengen. Daarom is een stuk erkenning ook prettig, de workshops erkent hen in die belangrijke rol. Daarbij komt ook nog dat, als een ouder weet wat zijn/haar rol is, dit ook de samenwerking met de coaches verbeterd. Zo komen er ook workshops voor coaches over de thema’s die met de ouders worden besproken.”

"Als de ouders met een goed gevoel weggaan bij de workshops en een boeiende avond hebben gehad waar ze ook concreet wat mee kunnen en ook gaan doen, dan is het voor mij geslaagd.”

Ook voor de ontwikkeling van de judoka is het erg belangrijk dat ouders meegenomen worden in het proces van topsport. “Judoka’s tussen de 14 en 18 jaar kiezen net voor topsport, alles wordt wat serieuzer.” ligt Ivo Spanjersberg toe. “Op jonge leeftijd moeten ze in staat zijn zelfstandig te organiseren en zelf beslissingen te nemen. Dan is het handig dat ouders op een vroege leeftijd dat beginnen te stimuleren.” Ivo voegt daar nog een belangrijk punt aan toe: “De wil om aan topsport te doen moet van het kind komen! Dat moet niet gepusht worden door de ouder, hoe graag je dat ook zou willen. In de workshop bespreken we ook het waarom hiervan.”

Het doel van de leerlijn judo sportouders is volgens Ivo Spanjersberg om bij te dragen aan een nog effectievere ontwikkeling van de sporters. “Uiteindelijk vergroten we daarmee de medaille kansen.” Op de vraag wanneer voor Ivo de leerlijn sportouders geslaagd is, antwoordt hij: “Het is voor mij belangrijk dat judoka’s zich op een goede manier kunnen ontwikkelen. Dat sporters met plezier terugkijken op hun jeugd en de manier waarop ze aan topsport hebben gedaan. Ik hoop dat deze cursus daar ook een klein beetje aan bijdraagt. Als de ouders met een goed gevoel weggaan bij de workshops en een boeiende avond hebben gehad waar ze ook concreet wat mee kunnen en gaan doen, dan is het voor mij geslaagd.”